Ellis & Bernie

Les 4 – Onderduiken

 

Niet naar Duitsland

In de zomer van 1942 krijgen joden een oproep om in de Duitse kampen te gaan werken. In het najaar worden ze onverwacht uit hun huizen gehaald en van de straat geplukt. Joden en ook ‘zigeuners’ moeten op transport naar concentratiekampen. Ze hopen dat de oorlog snel over zal zijn, en dat ze de kampen zullen overleven. Niet iedereen gaat zomaar mee. Duizenden joden duiken onder op zolders, in kelders, schuren en geheime achterkamertjes. Ook Ellis en Bernie verbergen zich, samen met hun familie. Na de oorlog hopen ze elkaar weer terug te zien op hun bankje.

In deze les

 
• Wat is onderduiken?
• Waar verborgen Ellis en Bernie zich?
• Van wie kreeg Ellis hulp?
• Wie heeft Bernie verraden?

Eerst bekijk je het filmpje en lees je de tijdlijn. Daarna beantwoord je de vragen. Aan het eind van deze les maak je een opdracht. Daarin ga je ervaren hoe het is om onder te duiken.

Les 4 - Tijdlijn

Wannsee Conferentie

1942
Wannsee Conferentie

Hoge nazi’s komen op 20 januari bij elkaar in een villa aan de Wannsee bij Berlijn. Ze bespreken een definitieve oplossing voor het ‘Jodenprobleem’. In Polen worden vernietigingskampen gebouwd, waar joden uit heel Europa worden vermoord.

Ellis duikt onder

1942
Ellis duikt onder

Ellis krijgt op 19 juli een oproep om te gaan werken in het Oosten. Haar vader weet dat ze nu niet meer veilig zijn. Ellis neemt afscheid van Bernie. De volgende dag gaat ze weg uit Den Haag.

Razzia in Scheveningen

1942
Razzia in Scheveningen

Meer dan 500 joden worden 22 augustus ‘s avonds met geweld uit hun huizen gehaald. Ze moeten allemaal mee. Op transport naar de concentratiekampen.

Bernie duikt onder

1942
Bernie duikt onder

Bernie duikt op 19 september ook onder. Samen met zijn ouders gaat hij met de trein naar het platteland. Op het eerste adres blijft hij twee weken. Daarna zwerft hij van de ene naar het andere adres.

Bernie naar Auschwitz

1943
Bernie naar Auschwitz

Op 7 september 1943 ontdekken jodenjagers de schuilplaats van Bernie en zijn familie in Amsterdam. Hij wordt opgepakt en moet naar Auschwitz. Daar sterft hij op 8 januari 1944 in vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau. Bernie is dan 19 jaar.

Ellis duikt onder

Op 19 juli 1942 krijgen David Cohen Paraira (de vader van Ellis) en Alida-Elizabeth Cohen Paraira (Ellis) een oproep om te gaan werken in Duitsland. De vader van Ellis vertrouwt het niet en belt direct zijn baas Frans van Schuppen, die meteen wil helpen met onderduiken. ’s Avonds nemen Ellis en Bernie afscheid van elkaar. De volgende dag vlucht Ellis met haar vader, stiefmoeder ‘tante Mien’ en broer Bob weg uit Den Haag. Bernie lukt het pas twee maanden later om een onderduikadres te vinden.
Ellis met haar vader en Bob

Ellis met haar vader en Bob

Persoonsbewijs

Ellis trekt drie zomerjurken over elkaar aan. In haar tas stopt ze wat ondergoed, sokken, een paar leerboeken en een dagboek. Haar Jodenster heeft ze op een mouwloos vestje genaaid, dat ze over elk kledingstuk kan aantrekken. Zomer- en winterkleding van het hele gezin gaan mee in twee koffers, die oom Klaas naar de plaats van bestemming zal brengen. Haar vader drukt haar en Bob op het hart om de namen en adressen die ze horen meteen weer te vergeten. Voordat ze in de trein stappen, haalt Ellis de Jodenster van haar witte overjas. Als SS-ers komen controleren laat ze haar valse persoonsbewijs zien. Dat heeft ze gekregen van mensen in het verzet .
Persoonsbewijs Ellis

Persoonsbewijs Ellis

Vraag 1

Wat is volgens jou de reden dat Ellis en Bob geen namen en adressen mochten
onthouden?

Vraag 2

Van wie kreeg Ellis een vals persoonsbewijs?

  • Van de gemeente Den Haag.
  • Van mensen in het verzet.
  • Van mensensmokkelaars.

Helpers

In 1934 krijgt de vader van Ellis een baan bij Ritmeester Sigarenfabrieken in Veenendaal. Hij wordt verkoper in de regio Brabant en Zeeland. In de oorlog helpt zijn baas Frans van Schuppen alle werknemers die gevaar lopen. Hij zegt tegen de nazi’s dat ze in de fabriek werken, maar in werkelijkheid zitten ze ondergedoken. Als Ellis’ vader op 19 juli 1942 in paniek opbelt, komt Frans van Schuppen nog dezelfde dag naar Den Haag. Hij zorgt dat ze meteen kunnen onderduiken. Tot het eind van de oorlog zal hij de familie Cohen Paraira helpen met geld en voedselbonnen. Zijn neef Ad van Schuppen is bij het verzet en heeft ook geholpen.

Frans en Ad van Schuppen (midden en rechts)

Frans en Ad van Schuppen (midden en rechts)

Eten in ruil voor sigaren


In de oorlog werkten veel bedrijven voor de nazi’s. Gelukkig waren er ook bedrijven die hun joodse mensen probeerden te beschermen. Zoals Ritmeester Sigarenfabrieken. Hier werkte de vader van Ellis.

In 1934 krijgt de vader van Ellis een baan bij Ritmeester. In de fabriek in Veenendaal komt hij niet zoveel. Hij rijdt met een auto van de zaak naar klanten om sigaren te verkopen. Wanneer de oorlog uitbreekt, zorgt Frans van Schuppen dat Ellis’ vader zo lang mogelijk aan het werk kan blijven. Als de joden niet meer mogen werken, krijgt hij elke maand een ‘uitkering’. Op 19 juli 1942 belt hij in paniek naar Veenendaal over de oproep die hij gekregen heeft. Frans van Schuppen helpt met onderduiken en zorgt dat de familie elke maand geld en voedselbonnen krijgt. Hij laat ook doosjes sigaren bezorgen. Die zijn in de oorlog heel kostbaar en een goed ruilmiddel voor eten en kleding. Frans van Schuppen is christelijk en wil mensen helpen die in gevaar zijn. Zonder daar iets voor terug te vragen.

Ritmeester Sigarenfabrieken is een groot bedrijf in Veenendaal. De beroemde bolknak-sigaar komt hier vandaan. Frans van Schuppen heeft de dagelijkse leiding over het familiebedrijf en is goed voor zijn personeel. Als de oorlog uitbreekt ontruimt de Duitse bezetter een deel van de fabriek voor de Kriegsmarine. In het begin blijft Ritmeester nog wel sigaren maken, maar de kwaliteit wordt minder en de tabaksvoorraad loopt terug. Arbeiders van Ritmeester krijgen een oproep om in de Duitse oorlogsindustrie te gaan werken, waardoor veel mensen gaan onderduiken. Ritmeester helpt ze een handje door net te doen alsof ze nog in de fabriek werken. Ook wordt de geboortedatum van mensen in de ‘gevaarlijke leeftijd’ veranderd.

Frans van Schuppen heeft een slimme, aardige neef die ook bij Ritmeester werkt. Deze Ad van Schuppen gaat tijdens de oorlog in het verzet. Hij richt een afdeling in Veenendaal op en helpt veel joodse kinderen, politieke vluchtelingen en jongemannen die niet in Duitsland willen werken met adressen en bonkaarten. In zijn grote villa in Veenendaal verbergt hij meer dan 30 joden. Op een dag komen de nazi’s langs en wordt hij meegenomen naar de gevangenis in Den Haag. Daar wordt hij verhoord en gemarteld. Maar hij zegt niets. Later mag hij weer gaan, als zijn familie hem heeft ‘vrijgekocht’ met sigaren en schilderijen. We weten niet precies hoe het gegaan is maar Ad van Schuppen heeft de familie Cohen Paraira geholpen met onderduikadressen.

Sigarenmakerszaal

Sigarenmakerszaal

Ritmeester Sigarenfabrieken in de oorlog

Ritmeester Sigarenfabrieken in de oorlog

Ad van Schuppen met verzetsmensen, tweede links, met sigaret

Ad van Schuppen met verzetsmensen (tweede links)


Vraag 3

Waarom heeft Frans van Schuppen in de oorlog joden en andere mensen geholpen? Zoek het antwoord op in het verhaal hierboven: “Eten in ruil voor sigaren”.

Vraag 4

Welke uitspraken horen bij helpers en mensen in het verzet?
(Je mag meerdere antwoorden aankruisen)

  • Het is goed dat de nazi’s de macht hebben overgenomen.
  • Alle nazi’s moeten weg uit Nederland.
  • Ik ben bang voor straf als ik de Duitsers niet help.
  • Je moet mensen in nood altijd helpen.

Bennekom

Na een tussenstop van een week in Arnhem gaan Ellis en haar familie naar zomerhuisje de Kwikstaart in Bennekom. Dat ligt in een mooie omgeving met veel bomen en heide, een plek waar veel toeristen komen. Daarom valt het ook niet op dat er zoveel joodse families neerstrijken. Het huisje is piepklein, met een kleine slaapkamer, een keukentje en een wc zonder spoelbak. Water komt uit de pomp vlakbij het huisje en de verwarming bestaat uit dikke truien dragen. Ellis haalt eten bij pension De Boschbeek, vijfhonderd meter verderop. Voor melk gaat ze naar boerderij Quadenoord en brood haalt ze bij de bakker in het dorp. Om er als een echt Nederlands meisje uit te zien verft Ellis haar haar blond. Dagelijks schrijft ze in haar dagboek. Op een dag pakt haar vader zijn schetsboek en tekent haar gezicht.

De Kwikstaart

De Kwikstaart

Ellis, getekend door haar vader in september 1942

Ellis, getekend door haar vader

Vraag 5

Ellis gedroeg zich als een toerist, maar dat was ze natuurlijk niet. Waaraan kon je
merken dat ze ondergedoken zat? (je mag meerdere antwoorden aankruisen)

  • Ze haalde brood bij de bakker.
  • Ze verfde haar donkere haar blond, zodat ze niet op een joods meisje leek.
  • Ze had zo min mogelijk contact met andere mensen.
  • Ze was altijd bang dat ze gepakt zou worden.
  • Ze haalde melk bij de boerderij.

Vraag 6

Ellis bleef ruim twee maanden in zomerhuisje de Kwikstaart. Hoe zou ze het daar gevonden
hebben? Leg uit.

Razzia

14 oktober 1942 – Een verzetsman komt vertellen dat er een razzia op komst is. De Grüne Polizei zal alle vakantiehuisjes binnenvallen. Ellis, Bob, haar vader en tante Mien pakken hun spulletjes in en geven die mee aan hun contactman. ’s Avonds verbergen ze zich op het zoldertje. Ze liggen op de balken. Ellis ziet dat de joodse buren met hun twee kleintjes van twee en drie zich in hun loopgraaf verstoppen. Het meisje laat onderweg haar knuffel vallen, zonder dat iemand het merkt. Als Ellis de sleutel in het slot van hun huisje hoort ronddraaien, bonkt haar hart wild. Haar hele lichaam trilt. ‘Hier ist nichts los’ hoort ze een Grüne tegen de anderen roepen. Dan ziet ze door de houten planken van het zoldertje de Duitser buiten stilstaan bij het poppetje. Hij raapt het op en schreeuwt iets naar zijn commando. Wijdbeens blijft hij staan en wacht. Het is stil. Dan gaat het dak van de loopgraaf omhoog. De vader klimt eruit en tilt zijn dochtertje omhoog, recht in de armen van de Duitser.

Teddybeer

Teddybeer

Vraag 7

Vertel in je eigen woorden wat een razzia is.

Vraag 8

Had Ellis iets kunnen doen om het meisje te redden?

Naar Utrecht

ls Bennekom niet meer veilig is, gaat Ellis met tante Mien naar Utrecht. Op het station worden ze opgehaald door verzetsman Wop Kooistra. Gelukkig mogen ze bij hem en zijn vrouw Heiltje blijven. Als hun drie kinderen maar niets merken. Het gezin woont in de Spaarnestraat en de bewoners zijn van de ‘goede kant’. Toch mag niemand merken dat er onderduikers bij de familie Kooistra in huis zitten. Wop en Heiltje nemen geen enkel risico. Ellis verbergt zich samen met tante Mien en nog een onderduiker in het achterkamertje. In het begin moet ze erg wennen, want ze mag niet meer naar buiten. Vanaf september 1944 tot aan de bevrijding zit ze met acht onderduikers in het kamertje: tante Mien, Bob, haar vader en nog vijf onderduikers. Slapen doen ze op een bed, een paar stoelen en op de grond. De dekens zijn gemaakt van oude kleren.
Spaarnestraat in Utrecht

Spaarnestraat in Utrecht

Vraag 9

Waarom mochten mensen in de buurt niet weten dat Wop en Heiltje Kooistra onderduikers
hadden?

Vraag 10

Wat zou Ellis de hele dag gedaan hebben in het achterkamertje?

Onder de grond

In het huis in Utrecht, onder de drempel van de achterkamer, is een vierkant uit de houten vloer gezaagd. Zo kom je in een kruipruimte met rioolpijpen van bruin aardewerk. Hier verbergen de onderduikers zich als de Duitse politie komt. Op een middag komen ze inspecteren en Wop doet open. Heiltje zorgt dat iedereen vliegensvlug onder de vloer verdwijnt. Een Duitser opent de deur naar het achterkamertje en stampt met zijn voet op de vloer om te horen of het hol klinkt. Hij begint overal met zijn bajonet tussen de planken te steken. De onderduikers moeten doodstil zijn. Gelukkig worden ze niet ontdekt.

Luik naar de kruipruimte onder het huis in de Spaarnestraat

Luik naar kruipruimte onder huis Spaarnestraat

Vraag 11

Wat moesten de onderduikers met hulp van Heiltje Kooistra doen om zo snel mogelijk onder de grond te verdwijnen? Zet met cijfers in de goede volgorde:
…..Een spijker in de drempel slaan.
…..De mat terugleggen.
…..De drempel losmaken.
…..Het luik dichtdoen.
…..De mat weghalen.
…..Het luik optillen.
…..Op de rioolpijpen gaan zitten.
…..De drempel terugleggen.

Dagboeken van Ellis en Bernie

Ellis en Bernie missen elkaar heel erg en schrijven in hun dagboek alsof ze met elkaar praten. Maar een dagboek hebben is niet zonder gevaar. Als het in verkeerde handen komt, kunnen mensen opgepakt worden. Daarom noemen ze geen namen en plaatsen. Ellis schrijft dat ze heel bang is. Ze heeft gehoord dat Nederland in maart 1943 ‘Judenrein’ moet zijn. En Bernie is nog steeds niet ondergedoken! Ze schrijft ook dat het steeds moeilijker wordt om een goede onderduikplek te vinden. Gelukkig krijgt ze drie weken later bericht van haar tante Saar dat Bernie met zijn ouders ‘op reis’ is gegaan.
Dagboek van Bernie (links) en Ellis (rechts)

Dagboek Bernie (l) en Ellis (r)

Vraag 12

Schrijf in je eigen woorden op waarom Ellis bang was.

Bernie duikt onder

Eindelijk heeft Bernie een onderduikadres gevonden. Hij scheert zijn wenkbrauwen af, zet een hoed op en stapt met zijn ouders op 19 september 1942 op de trein. Na drie uur reizen komen ze ‘ergens’ op het platteland aan. Het huis waar ze blijven is veilig maar het eten is slecht. Bernie wordt hier ziek. Na twee weken moeten ze het huis alweer verlaten. Zijn vader is voor 1500 gulden opgelicht en de voedselbonnen zijn gestolen. Bernie gaat dan alleen verder, van het ene naar het andere adres. Op 6 november 1942 is zijn dagboek volgeschreven. Hij vindt het gevaarlijk om het bij zich te houden. Bernie schrijft dan:‘Indien deze mijn laatste regels zijn tot jou gericht, m’n Ellisje, ontvang dan hier nogmaals mijn onuitsprekelijke liefde en mijn geloof, hoop en moed, dat ik eens het geluk zal mogen hebben, dat jij mijn vrouw zal zijn. Bernie Spier’

Laatste bladzijde van Bernie's dagboek

Laatste bladzijde van Bernie’s dagboek

Vraag 13

Bernie kon zijn dagboek niet bij zich houden. Wat zou er kunnen gebeuren?

Verraden in Amsterdam

In november 1942 gaat Bernie naar de Tooropkade in Amsterdam. Samen met zijn ouders, oom Maurits, tante Judith en oom Abraham duikt hij onder bij Ina Sipsma en haar moeder. Ina is de vriendin van oom Maurits. Ze blijven hier tot
7 september 1943. Op die dag worden ze verraden door mannen van de Colonne Henneicke. Deze mannen jagen op joden en leveren ze uit aan de Duitsers. Voor elke jood krijgen ze 7,50 gulden. Hoe ze wisten dat er joden op de Tooropkade zaten? Het ging zo: een van de jodenjagers ziet een briefje liggen bij een verzetsman over de reparatie van een radio aan de Tooropkade. Hij waarschuwt zijn maten en ze gaan er ’s morgensvroeg op af. Precies op de dag dat het beddengoed wordt gelucht. Ina is naar haar werk en als ze aanbellen, doet haar moeder open. Iedereen is al naar de kelder gevlucht en houdt zich muisstil. De mannen doen alsof ze verzetsmensen zijn en worden binnengelaten. Bij het zien van alle beddengoed weten ze dat er onderduikers zijn. Ze gaan terug om de Sicherheitsdienst te waarschuwen. Daarna wordt iedereen opgepakt en meegenomen.

Bernie en oom Maurits

Bernie en oom Maurits

Op jodenjacht

In 1943 zijn er nog steeds joden die zich niet hebben gemeld om te gaan werken in het Oosten. Meer dan 8.000 joden worden door de Colonne Henneicke opgepakt, waaronder Bernie en zijn familie. Voor elke jood die ze oppakken, krijgen ze 7,50 gulden premie of ‘kopgeld’. Wie waren deze jodenjagers?

De Colonne Henneicke is een groep van vijftig Nederlandse mannen die voor de Duitse deportatieorganisatie (Centraal bureau voor Joodse emigratie) werkt. Hun chef is Wim Henneicke. Tijdens de Jodenvervolging krijgen ze opdracht de huizen van joden leeg te halen. Later willen de Duitsers dat de Colonne Henneicke op Joodse onderduikers gaat jagen.

De meeste mannen van de Colonne Henneicke hebben geen opleiding gevolgd. Ze zijn werkloos en willen wel voor de Duitse deportatieorganisatie werken. Daar ‘verdienen’ ze veel geld met het oppakken van joden en het pikken van hun sieraden, meubels en andere eigendommen. Net als Hitler haten ze de joden. Ze zijn echte antisemieten . Meestal zijn ze lid van de NSB, de Nationaal-Socialistische Beweging. Deze partij werkt nauw samen met de nazi’s. Hun leider is Anton Mussert.

Een veel grotere groep mensen die op Jodenjacht gaat, is de Nederlandse politie. Speciale afdelingen binnen de politie arresteren joodse onderduikers en proberen informatie van ze los krijgen over andere onderduikers. Ze beroven, mishandelden en haten de joden net zo erg als de Colonne Henneicke. Een van de ergste afdelingen zit in Den Haag. Onder leiding van hun chef Kees Kaptein worden 2.000 joden aan de Duitsers uitgeleverd. De totale politie pakt ongeveer 8.000 joden op.

Na de oorlog proberen de jodenjagers onder hun straf uit te komen. Volgens hen hebben ze alleen maar bevelen opgevolgd en wisten ze niet wat er met de joden gebeurde. Mannen als Wim Henneicke en Kees Kaptein hebben geen spijt. Maar de jodenjagers worden allemaal berecht en moeten hun straf uitzitten.

Bronnen:
Historisch Nieuwsblad
Nationaal Archief

Wim Henneicke

Wim Henneicke

Bewijs dat verraders 7,50 gulden kregen voor arrestatie van een jood

Bewijs dat verraders 7,50 gulden kregen voor arrestatie van een jood


Vraag 14

Kun je begrijpen dat mensen joodse onderduikers hebben verraden?
Ja, ik kan dat begrijpen want:

Nee, ik kan dat niet begrijpen want:

OPDRACHT: HOE VOELT ONDERDUIKEN?

Ellis en Bernie hebben op verschillende plekken ondergedoken gezeten. Soms voor een paar dagen of weken, soms maanden achter elkaar. Als ze wisten dat de Duitse politie kwam, zaten ze dicht op elkaar op zolder, in de kelder of in een kruipruimte op de rioolbuizen. Als haringen in een potje. Hoe zou dat geweest zijn?

• Stap 1: Maak met tape een vierkant op de grond.
• Stap 2: Ga in het vierkant staan of zitten met zo veel mogelijk leerlingen. Als het lukt met de hele klas.
• Stap 3: Blijf 5 minuten staan of zitten, zonder geluid te maken. Doe je ogen dicht, zodat het lijkt alsof het donker is.
• Stap 4: Een leerling houdt de tijd bij.
• Stap 5: Bespreek na afloop met elkaar hoe je het vond om zo te staan of te zitten.

Hiervoor heb je nodig: tape, meetlint