Geboren: 26 juli 1924 (Den Haag)
Overleden: 8 januari 1944 (Auschwitz)

Bernie heet eigenlijk Barend, net als zijn opa Barend Spier. Hij is enig kind van Filip Spier en Lina Spier Cardozo. Maar hij is niet hun eerste kind. Een jaar eerder was Abraham geboren, hij leefde maar een paar dagen. Misschien dat zijn ouders daarom zo voorzichtig zijn met Bernie? In de oorlog krijgt hij de kans om alleen onder te duiken in België. Maar dat willen zijn ouders niet. Want stel dat het verkeerd afloopt, dan hebben ze niemand meer.

Bernie met zijn ouders op het strand van Scheveningen (1925)

Bernie met zijn ouders

Bernie woont in de Haagschestraat in Scheveningen. Dat is vlakbij de Maastrichtsestraat, waar Ellis in 1934 komt wonen. Zijn beste vriend is Eddy Jas. Al vanaf de lagere school trekken de twee vrienden dagelijks met elkaar op. Bernie noemt Eddy vaak in zijn dagboeken. In de oorlog werken ze allebei voor de Joodse Raad.

Bernie, Eddy en de moeder van Bernie (vlnr)

Bernie (l) en Eddy (r)

Op de mulo (nu havo) is Bernie een gemiddelde leerling. Voor geschiedenis en lezen haalt hij achten, voor wiskunde en gymnastiek vieren en vijven. In 1941 slaagt hij voor zijn mulo-examen. In dat jaar willen de nazi’s dat joodse kinderen niet meer naar hun eigen school gaan. Bernie gaat naar het Joods Lyceum, naar de Handelsdagschool (nu vwo).

Mulo-diploma Bernie

Mulo-diploma Bernie

Meisjes vinden Bernie wel leuk. Voordat hij Ellis leert kennen heeft hij ‘iets’ met Ida. Ze is twee jaar jonger dan hij. Als hij op een dag Ellis leert kennen, worden ze nog niet meteen verliefd. Dat gebeurt pas tijdens een zaterdagavond in januari 1942, bij vrienden thuis. Bernie is zijn leeftijd ver vooruit, vindt Ellis. Hij is wijs en ze leert veel van hem. De joden zijn volgens hem pas echt vrij zijn als ze in Palestina (het latere Israël) wonen.

Bernie 17 jaar

Bernie 17 jaar

Als Ellis gaat onderduiken blijft Bernie in Den Haag. Hij werkt voor de Joodse Raad en vertelt in zijn dagboek over grote razzia’s. Op 31 juli wordt hij aangehouden door de Sicherheitspolizei (veiligheidsdienst van de nazi’s). Hij moet zijn identiteitskaart laten zien. Toch is hij niet bang, want met medewerkers van de Joodse Raad kan niets gebeuren.

Bernie's dagboek 31 juli 1942

Bernie: 31 juli 1942

Bernie schrijft op 17 augustus 1942 in zijn dagboek dat 5600 joden in Den Haag een oproep hebben gekregen voor transport naar de werkkampen in Polen. Hij noemt mensen op die hij en Ellis kennen zoals Edith Neuburger, de vriendin van Ellis’ broer Bob. Ze moeten ’s nachts klaar staan voor vertrek. Bernie en zijn ouders hebben nog geen oproep gehad.

Bernie's dagboekbrief van 17 augustus 1942

Bernie: 17 augustus 1942

Op 19 september 1942 vlucht Bernie met zijn ouders weg uit Den Haag. Een dag later schrijft hij in zijn dagboek: ‘Niemand wist dat we zouden vertrekken…Vreselijk dat ik niets meer kon doen voor de Neuburgers … Mijn wenkbrauwen heb ik zo goed als afgeschoren, mijn gezicht goed glad, een hoed op etc. … We zitten hier volkomen op het platteland.’ Bernie heeft een foto van Ellis meegenomen en mist haar verschrikkelijk.

Bernie's dagboekbrief 20 september 1942

Bernie: 20 september 1942

Bernie zwerft van de ene naar de andere onderduikplek. Op 6 november 1942 schrijft hij zijn laatste brief aan Ellis:
‘Vanavond ga ik van hier weg. Een tijdperk van moeilijkheden en gevaar ligt voor mij. Een dagboek als dit, kan en mag ik niet bij mij houden. Het is niet alleen gevaarlijk voor mij, maar ook voor vele anderen … Indien deze mijn laatste regels zijn tot jou gericht, mijn Ellisje, ontvang dan hier nogmaals mijn onuitsprekelijke liefde en mijn geloof, hoop en moed, dat ik eens het geluk zal mogen hebben, dat jij mijn vrouw zal zijn.’

Bernie's dagboekbrief 6 november 1942

Bernie: 6 november 1942


Tien maanden zit Bernie met zijn ouders, twee ooms en een tante ondergedoken op de Jan Tooropstraat (nu Jozef Israëlskade) in Amsterdam. Op 7 september 1943 worden ze hier verraden door Jodenjagers van de Colonne Henneicke. De hele familie moet als ‘strafgeval’ op transport naar concentratiekamp Westerbork. En daarna met een goederenwagon meteen door naar Auschwitz. Direct bij aankomst wordt zijn vader vermoord. Zijn moeder moet naar een barak voor medische experimenten.

concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz

Auschwitz


Bernie krijgt nummer 152086 op zijn arm getatoeëerd en wordt doorgestuurd naar kamp Auschwitz-Monowitz. Gezonde mensen moeten hier werken tot ze erbij neervallen. Ze krijgen bijna niets te eten. Bernie probeert het vol te houden maar hij wordt ziek. Op 7 januari wordt hij doorgestuurd naar Birkenau, het vernietigingskamp van Auschwitz. Hier sterft hij op 8 januari 1944. Bernie is dan 19 jaar.

vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau

Birkenau